Om iets over zessen zaten we al in de auto. Trui, vest, jas, lange broek, want het zou best wel koud zijn... Voor de locals wel, die liepen soms met gewatteerde jassen aan, maar eigenlijk was het voor ons gewoon een aangename temperatuur!
Na het ontbijtpakket naar binnen gewerkt te hebben, begonnen we even na achten aan een wandeling van in totaal 9 km. Het begin was goed te doen, maar al snel werd het afzien: grote keien, goed kijken waar je je voeten neerzette. Eigenlijk hadden we gehoopt om tijdens deze tocht wat meer dieren te zien dan een paar mongoes, Sambar herten en wat mooie vlinders.

Eerste stop was bij Baker Falls, een mooie waterval waarin zelfs een regenboog te zien was. Verder lopend kwamen we aan bij "World's End", waar al eerder enkele mensen een val in de steile afgrond van 800 meter niet hebben overleefd: er staan geen hekken….. Het uitzicht is prachtig!
Een stuk verderop kwamen we bij "mini World's End", dat "maar" een afgrond van 270 meter heeft.

Na deze tocht werden we afgezet bij het beroemde postkantoor in het centrum van Nuwara Eliya. Na de lunch konden we in het stadje nog wat rondkijken en shoppen. Nuwara Eliya wordt ook wel “Little England” genoemd. Dit stadje werd gesticht door Britten tijdens de Britse koloniale periode in de 19e eeuw. Om half vijf gingen we weer naar het hotel en 's avonds gaan we terug naar het centrum voor het diner. Morgen kunnen we uitslapen en gaan we in het begin van de middag de beroemde treinreis naar Ella maken. De temperatuur hier in Nuwara Eliya was overdag zo'n 20 tot 25 graden, maar het koelde 's avonds flink af en 's nachts sliepen we zelfs onder een deken.
     2018 © Henri Brinkman       Vorige reisdag             Volgende reisdag